Page images
PDF
EPUB

5 October 1808, overleden 4 Juni 1877) in leven inspecteur van 't Middelbaar Onderwijs en 't Landbouwonderwijs. Gelijk de vaderlandsche landbouw in 't algemeen, heeft ook de Rijkslandbouwschool groote verplichtingen aan dezen verdienstelijken geleerde. Reeds bij zijn leven stond hij haar het grootste gedeelte zijner kostbare verzameling van boekwerken over landbouw af. Na zijn' dood ontving de Rijkslandbouwschool van de familie des edelen gevers het overige gedeelte. Is deze verzameling van veel waarde door hare talrijkheid zij telt niet minder dan bijna 500 nummers, te zamen uitmakende ruim 1000 boekdeelen die waarde wordt nog vergroot door haar gehalte. Bijzonder rijk toch is zij aan tijdschriften, verslagen en verzamelwerken, die zelden zoo volledig voorkomen, terwijl zij daardoor en door eene menigte brochures voor de geschiedenis van den landbouw eenig is.

Ofschoon voor een systematisch overzicht der literatuur over de onderdeelen der landbouwwetenschap eene samensmelting van den catalogus dezer schenking met dien der Rijkslandbouwschool wen. schelijker ware geweest, meende men Staring's bibliotheek afzonderlijk te moeten catalogiseeren, evenals zij ook afzonderlijk geplaatst werd. In den catalogus, dien ik in 1877 samenstelde, werd op die wijze gehandeld.

Het voorbeeld van Dr. Staring vond navolging. De toenmalige directeur der Rijkslandbouwschool, Jongkindt Coninck, ijverde daarenboven steeds voor uitbreiding der bibliotheek, en slaagde hierin voortreffelijk.

De boeken, vroeger bewaard in het Rijks-kabinet van landbouwwerktuigen, werden naar Wageningen overgebracht. Van de verschillende ministeriën, met name dat van Binnenlandsche Zaken en dat van Waterstaat, Handel en Nijverheid ontving de bibliotheek vele werken, vanwege de Regeering uitgegeven. Door tusschenkomst. van Z. E. den Minister van Buitenlandsche Zaken kwam zij in 't bezit van eene hoogst belangrijke verzameling boeken, officieele rapporten en verslagen, die in verschillende rijken 't licht zagen en hoofdzakelijk betrekking hebben op landbouw en nijverheid.

Van vele binnen- en buitenlandsche landbouwcouranten en tijdschriften ontving de bibliotheek, namens de redacteurs, geregeld een exemplaar.

- ZOO.

Ook verschillende schrijvers op landbouwkundig gebied hier te lande a's in het buitenland boden een exemplaar hunner

werken aan. Meer dan één uitgever schonk aan de bibliotheek de bij hem verschenen landbouwkundige werken. Vooral moeten hier met dankbaarheid vermeld worden wijlen de heer C. L. Brinkman te Amsterdam en de heer J. B. Wolters te Groningen, die ons vrijgevig toestonden naar welgevallen uit hun uitgebreid fonds te kiezen, wat ons voor onze bibliotheek geschikt voorkwam.

Ondoenlijk is het hier alle particulieren te noemen, die door grootere of kleinere boekgeschenken onze verzameling verrijkten. Maar één van hen verdient hier genoemd te worden: Mr. J. P. Amersfoordt, die reeds vaak zijne belangstelling in den bloei der Rijkslandbouwschool toonde, o. a. door geschenken van verschillenden aard, en herhaaldelijk aan de bibliotheek geheele reeksen van kostbare geïllustreerde tijdschriften en tal van belangrijke boekwerken schonk.

Door al de reeds ontvangen geschenken en wat er verder was aangekocht, was de bibliotheek sedert 1877 met 1433 nummers vermeerderd, terwijl de in genoemd jaar gedrukte catalogus er ruim 1200 telt. Het was dus, ook met het oog op de toenemende aanvraag van buiten om boeken, hoogst wenschelijk, dat er een vervolg op den catalogus werd gedrukt. Dit verscheen in 1882. De inrichting daarvan was gelijk aan den catalogus. Tot een geregeld overzicht zou splitsing in meer onderafdeelingen gemakkelijker zijn geweest, doch daar men bij 't vervolg den catalogus moest raadplegen, werd de oude indeeling voorloopig behouden.

Tijdens het afdrukken van dit vervolg op den catalogus werd namens de familie des overledenen bericht, dat wijlen de heer C. E. de Clercq te Haarlem bij uiterste wilsbeschikking zijne uitgebreide landbouwboekerij, die meer dan 1000 werken bevat, aan de bibliotheek der Rijkslandbouwschool had afgestaan.

De tijd liet echter niet toe, deze verzameling in het gedrukte vervolg op te nemen, wat trouwens zeer onpractisch ware geweest, daar een groot gedeelte reeds was afgedrukt.

Het geschreven vervolg werd dus reeds dadelijk grootendeels gevuld met de laatst vermelde boekerij.

Ook stond dr. L. Mulder een gedeelte zijner landbouwboekerij aan onze bibliotheek af en kon daardoor de afdeeling tijdschriften en week en dagbladen over landbouw en verwanten vakken o. a. aangevuld worden met 67 nummers, waarvan sommige in geheel volledige en moeielijk meer te vei krijgen reeksen.

Onder de verdere aanwinsten der bibliotheek moet in de eerste

plaats vermeld worden het aanzienlijk legaat van Mr. J. P. Amersfoordt (zie Programma 1885-86, blz. 99). Die verzameling, behalve boeken, ook talrijke goede kaarten, atlassen en tabellen bevattende, is nu geheel gecatalogiseerd en heeft onze bibliotheek met ongeveer 900 boekdeelen verrijkt. Hoofdzakelijk zijn dit boeken betrekking hebbende op den landbouw, maar ook talrijke goede, soms zeer zeldzame werken over verwante wetenschappen zijn daaronder. Met deze uitbreiding hield gelukkig het vermeerderend gebruik. gelijken tred. Werd de bibliotheek in de eerste jaren hoofdzakelijk door leeraren en leerlingen der school gebruikt, langzamerhand werd zij ook meer en meer bekend daarbuiten en werden aan belangstellenden, geleerden zoowel als practische landbouwers, boekwerken ten gebruike toegezonden of door hen ter plaatse zelve bestudeerd. Zoo werden achtereenvolgens voor twee academische dissertaties tal van alleen hier beschikbare boekwerken geraadpleegd. De jaarlijksche programma's toonen het vermeerderd gebruik ook duidelijk aan. Om enkele cijfers te noemen. In 1887-1888 werden verstrekt aan 77 elders wonenden personen 84 boek werken, in 1888-1889 aan 41 personen 173 boekwerken, in 1889-1890 aan 58 personen 207 boekwerken, in 1890-1891 werden 231 boeken naar buiten verzonden.

Daar 't aantal werken in 't geschreven vervolg, dat juist de nieuwste werken bevatte, dit in den gedrukten catalogus en 't vervolg verre overtrof, werd voor elders wonenden het overzien van wat er in onze bibliotheek over een bepaald onderwerp aanwezig was, ondoenlijk. Ook voor wie de catalogi hier kon raadplegen, was het naslaan op vier en meer verschillende plaatsen zeer moeilijk. Een nieuwe catalogus was dus zeer gewenscht. In overleg met betrokken autoriteiten zijn de boeken door dr. Staring geschonken niet meer afzonderlijk geplaatst; wel is in ieder boek vermeld, dat hij de Schenker was, maar 't geregeld systematisch overzicht maakte het wenschelijk ze bij de andere boeken te catalogiseeren en te plaatsen. Dit is ook geschied met de boeken geschonken door de heeren de Clercq, Amersfoordt en Mulder.

En zoo moge deze catalogus er het zijne toe bijdragen, dat het nut van de Rijkslandbouwschool vergroot wordt, en er spoedig betere lokalen voor de kostbare, eenige landbouwbibliotheek verrijzen.

Wageningen.

De Bibliothecaris,
C. HONIGH.

« PreviousContinue »